Een gele variëteit van kwarts is bekend onder de naam citrien, die vaak in sieraden wordt gebruikt als decoratieve edelsteen. De naam van het mineraal komt van zijn gele kleur, want "citrus" is de Latijnse term voor citroen en geeft dus al duidelijk de kleurkwaliteit van de edelsteen aan. De citrien behoort tot de minerale klasse van de kwarts en heeft een zogenaamde vettige of glasachtige glans. De transparantie is transparant tot doorschijnend, wat in combinatie met een speciale slijping aan het oppervlak een aantrekkelijke schittering mogelijk maakt en dit mineraal tot een aantrekkelijk bestanddeel voor verschillende sieraden maakt. De kleurvariëteit van citrien varieert van pastelgeel, tot zonnig geel, tot mandarijnoranje en Madeira-rood. De reden voor de kleur ligt in de samenstelling van citrien, want er zit ijzeroxide of ijzerhydroxide in, dat verantwoordelijk is voor de kleur. Een veelgebruikte maar onjuiste naam voor citrien is topaas. Een topaas is, in tegenstelling tot een citrien, een eiland-silicaat. In de oudheid werd de citrien beschouwd als een gelukssteen, die kwade gedachten moest afwenden en beschermen tegen slangenbeten en andere giftige reptielen. De populairste citrijnen komen uit Brazilië, Madagaskar, Uruguay en Mozambique. In de esoterie zou de steen verschillende positieve effecten hebben. Het zou de geestelijke vermogens stimuleren en het zelfvertrouwen bevorderen.